Het is nog donker wanneer ik om 05.18 wakker word. Mijn wekker gaat pas om 05.25 af, maar om de een of andere rede word ik net iets eerder wakker. Buiten hoor ik de eerste geluiden van de Peruvianen die de markt van vandaag op komen zetten. Ik sta op, neem een koude douche (het warme water werkt helaas niet) en trek mijn bergkleding aan. Om 06.00 uur zal er een busje voorrijden om me mee te nemen naar de bergen, een retourtje van 6 uur rijden en dat voor slechts 35 sol (12 euro). In de bergen zal ik, samen met andere toeristen, een wandeling maken naar Laguna 69; een bergmeer op een hoogte van maar liefst 4600 meter.

De taxi arriveert op tijd en brengt ons naar het startpunt van de track. Hij doet daar 3 uur over (hemelsbreed is het niet ver, maar de wegen zijn erg slecht in de bergen, waardoor de auto als een schip op ruwe zee hevig heen en weer wiegt) en we stoppen onderweg ook nog voor ontbijt en een korte bezichtiging van een ander, lager gelegen bergmeer dat we passeren. Dat bergmeer is overigens al echt schitterend; Het felblauwe water steekt scherp af tegen de grijze rotsen van de omringende bergen, die als grote massa’s vanuit het water naar de hemel reiken. Als dit een voorproefje is voor wat we aan het eind van onze wandeling gaan zien, dan wordt het zeker een mooie dag.

Rond 10.00 uur komen we aan bij het beginpunt van de route en beginnen we aan onze wandeling. Hoewel we hier met 15 personen in een klein busje zijn gekomen, vertrekken ik en Michael, een jongen van 32 uit Californië, USA, al eersten. De overige wandelaars uit ons busje staan immers een beetje schaapachtig om zich heen te kijken en Michael heeft een GPS-tracker, waardoor hij precies weet welke kant we op moeten, op welke hoogte we beginnen (3906 meter) en hoe lang we erover gaan doen. Daarnaast zaten we in het busje ook al naast elkaar en dat schept blijkbaar toch een band. Ik heb nu dus weer een ideale gids (al is het pad perfect gemarkeerd en kun je het zonder GPS ook wel vinden), maar ik verkeer in elk geval in goed gezelschap, niet onbelangrijk zo hoog in de bergen.

Onze wandeling begint in een mooi dal, waar de paarden grazen en een riviertje rustig zijn weg naar beneden vindt. Het is een plaatje, echt een plek die je ziet in rustgevende filmscenes, waarbij oude mensen zich na een leven lang hard werken terugtrekken in een Alpenlandschap. In de eerste kilometer maak ik daarom al meer foto’s van de omgeving dan me lief is; dit gaat een fotografische dag worden! Het prachtige landschap waarin we lopen verandert van vlak grasland in ruiger rotslandschap. We komen de eerste watervallen tegen, die ontstaan door het smeltende ijs uit de bergen. We zitten op ongeveer 4100 meter en er groeit nog steeds van alles. Hier en daar staat er een paard of koe te grazen. Dan begint de klim; het pad leidt ons via haarspeldbochten een rots op en voor het eerst merk ik dat deze wandeling toch nog enige moeite gaat kosten. Door de flinke hoogte begin ik sneller te ademen en mijn hart moet merkbaar harden werken om mijn bloed snel rond te pompen. Natuurlijk rusten we zo nu en dan even uit, drinken water, eten een banaan en checken we of we geen verschijnselen van hoogteziekte hebben (hoofdpijn, geen eetlust, overgeven, etc.). Gelukkig is er naast het hijgen niets van de hoogte waarop we inmiddels zitten te merken. We vervolgen onze prachtige wandeling. Temidden van de grote besneeuwde bergtoppen en de reusachtige rotsformaties vallen we van het ene verbazende vergezicht in het andere. Hier hoor je geen televisies, radio’s, auto’s of andere mensen, hier is het echt stil!

Na een paar flinke klimmen verandert het landschap om ons heen voor een laatste keer. Hoe meer we stijgen, hoe minder begroeïng we zien, en nu is er echt niks groens meer over. We bereiken het landschap van de rotsen en de sneeuw, het landschap waar de echte bergen zich van de heuveltjes onderscheiden. Dit zijn de grote jongens, hier dwingen de bergen pas echt respect af. Het is leuk hoor, wat we als mensheid allemaal hebben uitgevonden en hoe goed we denken de natuur in de hand te hebben met al onze meetinstrumenten, maar als je hier staat besef je dat we als mens toch maar behoorlijk kwetsbaar zijn en dat er natuurlijke krachten bestaan waar we als mens echt totaal geen invloed op hebben. Indrukwekkend!

We zitten nog maar enkele tientallen meters van de sneeuwgrens af wanneer we het doel van onze reis in het oog krijgen; Laguna 69. Hoewel we voorop liepen zijn we (helaas) niet de eersten die hier arriveren; een stel Fransen is ons voor, zij kwamen van een andere kant vanaf een berghut. Maar dat mag de pret niet drukken; het ijskoude en loepzuivere blauwe bergmeer ligt idyllisch voor een achtergrond van besneeuwde grijze rotsen. Het is een magisch plekje op zich, ver van de bewoonde wereld. We gaan zitten en genieten van wat we zien, onder het genot van een welverdiende lunch. Zo nu en dan horen we aan de overkant van het meer met veel gedonder een stuk ijs afbreken dat vervolgens de berg afrolt. Het klinkt alsof de hele sneeuwtop van de duizenden meters hoge berg naar beneden komt, maar het blijft steeds bij kleine brokjes. Ik probeer me voor te stellen hoe het moet zijn om over een maand of 2 met Leo bij de Perito Moreno gletsjer te staan, van die enorme muur van ijs breken elke dag enorme stukken van tientallen meters hoogte af, en als dit al zo’n lawaai maakt…

Na de lunch (30 minuten later) zijn de andere 13 personen die in ons busje zaten nog niet gearriveerd. We hadden al wel in de gaten dat we iets voor lagen (over de wandeling naar boven deden we 2 uur en 20 minuten, terwijl er 3 uur voor staat), maar nu duurt het toch wel erg lang. Toch wachten we nog maar even geduldig af, want we moeten met hetzelfde busje terug naar Huaraz, dus het heeft niet veel zin om eerder terug te keren naar het startpunt van de wandeling. Het is overigens wel vrij koud op 4612 meter hoogte (het hoogste punt), maar gelukkig heb ik gisteren een erg goede windjack gekocht. Hij was niet goedkoop (bijna 2 keer een dagbudget), maar zijn geld nu al dubbel en dwars waard, en de Incatrail moet nog komen. Tijdens het wachten in de kou bij het ijskoude bergmeer (smeltwater, 5 graden) worden de twee Fransen en ik nog even vermaakt door Michael, mijn wandelvriend, die in zijn onderbroek in het gletsjerwater springt. Ernstig, in de hoop dat hij nog in leven is, kijken we naar de eerste reactie op zijn bleke gezicht wanneer hij voor het eerst na de sprong weer boven water verschijnt. Hij had een soort van weddenschap met zijn vriendin en moest zijn mannelijke trots hier verdedigen. Er zijn overigens wel vaker mensen die hier in het meer springen bij wijze van ludieke stunt, maar het ziet er toch niet al te aantrekkelijk uit in deze kou. Ik heb overigens alles voor Michael op video vastgelegd, dus mocht er binnenkort een filmpje op youtube verschijnen dan zal ik hier zeker een linkje plaatsen.

Na een uur pauzeren arriveren de anderen eindelijk bij het meer en besluiten Michael en ik om weer af te dalen. De weg naar beneden is dezelfde als die omhoog, maar nu doen we slechts 2 uur over de wandeling, omdat we niet meer hoeven te klimmen. De uitzichten die we op de heenweg naar boven hadden hebben we nu naar beneden en weer kan ik het niet laten om vele foto’s te maken. Ik maak ook nog een kleine reportage over de plaatselijk flora, kom een “wilde” ezel tegen en aan het eind van onze wandeling zien we tussen de wolken de hoogste berg van Peru opdoemen; Mount Huascaran, 6768 meter hoog. Een mooi einde van de wandeling dus, waarbij we rond een uurtje of 15.30 terug zijn bij het busje en weer wachten op de rest. Om 16.00 rijden we terug naar Huaraz, waar we om 19.00 arriveren.

Het was een mooie dag, maar een een zware, want vanaf het moment dat we om 15.30 bij het busje aankwamen heb ik hoofdpijn. Gelukkig (of helaas) geen hoogteziekte, maar kramp in de spieren in mijn nek, want bij aankomst in Huaraz op 3052 meter heb ik er nog steeds last van. Ik heb dat wel vaker, als ik een hele dag loop of wanneer ik in de werkplaats tijdens mijn studie de hele dag aan het klussen was heb ik aan het eind van de dag enorme hoofdpijn. Erg vervelend, helemaal wanneer je de volgende dag weer fit moet zijn, zoals voor mij over twee weken bij de Incatrail het geval zal zijn. Ik ben dus nu al allerlei strategiën aan het bedenken om mijn hoofdpijn dan te voorkomen; Niet te veel omlaag kijken tijdens het wandelen, tijgerbalsem kopen en paracetamol meenemen.

En zo komt er om 20.30, na een heerlijk bord Chinees eten (ja, dat hebben ze hier ook) een einde aan een mooie dag waarin ik naar een hoog bergmeer wandelde. Een tocht die zeer de moeite waard is, net als alle andere trekkingen die hier mogelijk zijn overigens, want ik heb gehoord dat je hier echt van alles kunt doen; van ijsklimmen tot abseilen en van dagwandeltochten tot 10-daagse hikes met overnachtingen in berghutten. Voor wie van echte bergen houdt is er dus één belangrijk woord om te onthouden; Huaraz!

7 Thoughts on “Dag 53: Laguna 69

  1. Maaike on 15/09/2012 at 23:45 said:

    Hoi Sander,
    Wat een mooie tocht en wat een prachtige foto’s weer!
    Hopelijk is je hoofdpijn snel weer over!
    Groetjes,
    Puck en Maaike

  2. je snoesje on 16/09/2012 at 00:00 said:

    Hi schatteke ff snel de foto’s bekeken! Mooi hoor. Ga morgen ff rustig je verhalen lezen. Dikke kus

  3. Sander on 16/09/2012 at 12:26 said:

    Even een nieuwtje: Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid komt Jeroen Evers, een goede vriend van me uit Eindhoven, me vanaf eind volgende week vergezellen op mijn reis tot Santiago. Vanaf dan zal ik dus samen met hem op pad gaan en later met mijn vader en nog later met Renee. Dit is dus voorlopig alweer mijn laatste week alleen in Zuid-Amerika (ik heb nog 2,5 week alleen tussen het afscheid van mijn vader en het verwelkomen van Renee). Wellicht een rede om minder bezorgd te zijn voor diegene die zich toch enige zorgen maakt omtrent de veiligheid hier (niet in de laatste plaats mijn eigen moeder).

    Groetjes vanuit een grijs Lima.

  4. Marion d'Achard van Enschut on 17/09/2012 at 11:17 said:

    Hallo Sander,

    Wat een mooie verhalen schrijf je op je blog,en wat een bijzondere en prachtige foto’s heb je gemaakt.

    Ik wens je nog vele mooie verhalen toe.

    Groetjes,
    Marion d’Achard van Enschut

  5. Leo on 17/09/2012 at 13:28 said:

    Hoi San,

    Weer ‘n prachtig woord- en beeldverslag van ‘n wonderschone bergtocht! Wel fijn dat je nog tot zo’n grote hoogte vervoer hebt daar in de Andes, spaart reserves voor het hogere klimwerk in ijlere omstandigheden. Dit profijt zal meer in het zuiden wellicht wat minder royaal geregeld zijn, maar jíj zult dan inmiddels wel aardig aan het verblijf op grotere hoogte gewend zijn geraakt.
    Fijn dat vanaf eind volgende week tot Santiago met Jeroen met je mee reist, samen beleven is meestal toch leuker dan alléén! Hoewel het steeds kortdurend optrekken met toevallige ontmoetingen uit alle uithoeken van de wereld ook wel iets heeft.
    Alvast ‘n heel boeiende Incatrail volgende week, ben benieuwd naar je ervaringen in Machu Picchu (en naar die onderweg, natuurlijk!).

    Groet!

  6. Jeroen Evers on 17/09/2012 at 18:51 said:

    Update nieuwtje:
    ‘Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid’ kan vervangen worden. Inmiddels heb ik mijn tickets geboekt en zie ik land ik op dinsdag 25 september in Cusco (Peru).

    Ik heb er veel zin in. Tot binnenkort.

    Groeten,
    Jeroen Evers

  7. je snoesje on 17/09/2012 at 19:01 said:

    Ha jeroen fijn dat je mijn vriendje gaat vergezellen op zijn avontuur in t mooie zuiden! Heel veel plezier! Liefs renee

Post Navigation