We ontwaken op wat alweer onze laatste jungledag is, de dag waarop we met de boot weer terug zullen keren naar Rurrenabaque. Na het ontbijt trekken we nog één keer de jungle in op zoek naar bijzondere dieren en planten. Op ons verzoek om naar een plek te lopen die we nog niet hebben gezien heeft de gids voorgesteld om naar een berg te lopen. Die ligt wel een eindje weg (al het wandelwerk was de afgelopen dagen vlak), maar dat vinden we geen probleem. Op weg naar de berg komen we nog 3 interessante dingen tegen die we niet eerder gezien hebben, te beginnen met een roze rups die rustig over een boomstam kruipt. Wanneer ik het dier als eerste spot en een close-up probeer te maken kijkt de gids bezorgd achterom en waarschuwt me dat ik het dier niet aan moet raken. Het gaat hier blijkbaar om een giftige rups want uit het commentaar van de gids (“mucho mucho dolor”) begrijp ik dat ik maar beter voorzichtig kan zijn. Wat een raar klein schepsel dat hier zo over die boomstam kruipt.
We vervolgen onze weg en struikelen bijna over een mierensnelweg. Honderden mieren vervoeren even zoveel bladeren langs een lange lijn door de jungle. Die lijn begint ergens hoog in een boom en we kunnen hem vele meters over de grond van de jungle volgen, waarna hij verdwijnt in de jungle. Zeer indrukwekkend om die minibeestjes zulke grote bladeren te zien dragen, soms wel met meerderen tegelijkertijd. Het is echt zoiets dat je normaal in zo’n natuurdocumantaire ziet en nu plotseling in het echt. Ik kon het natuurlijk niet laten om ook een filmpje te maken:
Wanneer we de berg/heuvel bereiken zien we een boom met daarin krassen van de klauwen van een jaguar of puma. Volgens de gids zijn het oude krassen (enkele jaren), maar het bewijst in elk geval de aanwezigheid van deze dieren in dit gebied. Hoewel we dachten dat we naar de berg waren gekomen voor het uitzicht probeert de gids zich te focussen op geluiden en krijgen we het opzienbarende nieuws dat we in het gebied van de spin-apen zitten. Een paar keer doet de gids tevergeefs een spin-apenroep na (die overigens bijzonder echt klinkt) en dan is het raak:
Op de lokroep van de gids horen we in de verte beweging in de boomtoppen en krijgen we voor de laatste keer de opdracht om te gaan zitten. Enkele extra lokroepen en minuten later zien we tot onze verbazing de eerste spin-apen in de verte verschijnen. Dit is wel de meest bijzondere jungle-ervaring voor mij van de afgelopen dagen. Het is net of we oog in oog komen te staan met een andere mensensoort, zoveel hebben de apen op afstand weg van ons:
Na een kwartiertje stilzitten en kijken door mijn verrekijker blijkt dat we te maken hebben met een groep van maar liefst 20 spin-apen. De gids is dolblij en kan niet ophouden met het nadoen van verschillende apengeluiden. Het mooie is dat de apen soms ook daadwerkelijk reageren op zijn kreten en niet echt snappen waar het geluid vandaan komt. Een bijzondere laatste middag dus, waarbij we een apensoort zien die niet veel andere toeristen hier tegenkomen (volgens de gids althans). Hij vertelt ons dat vele mensen hem graag als gids willen omdat hij zo goed dierengeluiden na kan doen. Dat heeft hij al van kinds af aan geoefend, gewoon omdat hij dat leuk vond en verdient er nu zijn brood mee. Na nog 10 minuten (en 100 muggenbeten later, het vergeten van Deet en stilzitten in de jungle is een dodelijke combi) nemen we afscheid van de nog altijd slingerende apen en lopen terug naar het kamp voor een laatste douche en lunch. Daarna brengt de boot ons terug naar Rurrenabaque, maar niet voordat we op de terugweg nog gestopt zijn op een plek waar papagaaien nestelen. In de jungle is een grote natuurlijk wand waarin de vogels gaten hebben gemaakt/gevonden. Het is een ideale plek voor een nest, vrij van allerlei natuurlijke vijanden die niet kunnen vliegen. Het is een gekrijs van jewelste en daardoor nog indrukwekkender. Elk papagaaienpaartje leeft in één gat en van een afstandje zien we inderdaad uit elk gat netjes twee hoofdjes komen, erg grappig.
We laten de papagaaien en de jungle voorgoed achter ons en keren terug in onze boot. Vanavond om 19.00 zullen we per bus terug reizen naar La Paz dus we hopen maar dat we op tijd terug zijn in Rurrenabaque (het is inmiddels 16.00 en de boot moet nog een uur varen, maar we willen ook nog douchen en eten voordat we 15 uur in de bus moeten zitten). Helaas hebben we geen geluk want 15 minuten later krijgen we motorpech en drijven we stuurloos de rivier af. Doordat de rivier de goede kant op stroomt zullen we uiteindelijk wel in Rurrenabaque uitkomen, maar onze bus is dan natuurlijk al lang en breed verdwenen. Een beetje wanhopig, maar ook wel met de nodige humoristische ondertoon kijken we 15 minuten lang hoe de drie bootmannetjes tevergeefs proberen om de motor weer aan de praat te krijgen. Dan verschijnt onze redding; Een andere boot die dezelfde kant opgaat is zo vriendelijk om ons te slepen. Uiteindelijk bereiken we rond 17.10 de haven en is er genoeg tijd om te douchen en te dineren, want volgens de vrouw waar we drie dagen geleden ons buskaartje al kochten hoeven we pas om 18.45 op het busstation te zijn (de officiële vertrektijd van de bus is 19.00 uur). We lopen terug naar ons hostel voor onze backpacks, nemen een laatste douche en schuiven om 18.05 aan bij een restaurantje langs de weg. We eten ons buikje vol en op ons gemak lopen we rond 18.30 richting het busstation, waar we exact om 18.45 arriveren. We voelden de bui al een klein beetje hangen toen we aan kwamen lopen in de straat van het busstation en in de verte twee bussen zagen vertrekken, maar nu weten we het zeker: De bus is 20 minuten vroeger vertrokken en we hebben hem net gemist. Het vrouwtje van de maatschappij komt al bezorgd naar buiten gerend en ik maak haar duidelijk dat ons toch echt verteld is dat 18.45 uur ruim op tijd zou zijn. Het vrouwtje laat er geen gras over groeien en roept onmiddelijk twee motoren (het personenvervoer binnen Rurrenabaque bestaat uitsluitend uit het vervoer per motor) en met onze backpack op de rug springen we elk achterop een tweewieler. Mijn motor rijdt voluit over de kasseien, die van Jeroen gaat wat rustiger. De jonge Boliviaan op mijn motor probeert met alle macht de net vertrokken bussen in te halen, maar natuurlijk is het met een kleine motor moeilijk om te winnen van zo’n stabiel gevaarte op 4 wielen. Alles wordt uit de kast gehaald en er zijn momenten waarop ik denk dat we echt onderuit zullen gaan op de hobbelige weg. Dan halen we de eerste bus in en denk ik dat we het gehaald hebben, maar de buschauffeur van de bus zegt al rijdend door zijn raampje dat we de andere bus moeten hebben. In de schemer proberen we de andere bus in te halen, maar die ligt zo ver voor dat we hem niet eens in beeld hebben. Even denk ik dat het niet meer gaat lukken en we beter een extra nachtje in Rurrenabaque kunnen blijven, maar dan zie ik 4 lampjes aan de horizon. We rijden hard over de gladde stoffige weg totdat we de bus op twintig meter genaderd zijn. Mijn motorcoureur probeert de bus in te halen, maar door het vele stof dat de bus doet opwaaien zien we even niks en rijden op volle snelheid door een diepe kuil heen. Mijn rugzak vliegt ongeveen 1 meter de lucht in, net als ik, en we blijven maar ter nauwenood overeind, maar dan halen we de bus in en manen de chauffeur met toeteren en lichtsignalen tot stilstand. De chauffeur is boos en zegt dat we eerder op het station hadden moeten zijn, maar ik zeg hem dat ons toch echt anders werd verteld. En kennelijk zijn ze ons ook op de lijst vergeten (waarschijnlijk omdat we ons ticket zo lang geleden hebben geboekt), want wanneer ze mijn ticket zien kijken ze elkaar even verbaasd aan. Dan is het wachten op Jeroen, die toch wel een stukje langzamer ging en veel later is. Bijna wil de chauffeur weer doorrijden, maar dan arriveert de motor met Jeroen en kunnen we eindelijk instappen. En bijzondere entree dus op deze busrit, maar we hebben het wel mooi gehaald. Volgende keer toch maar wat eerder op het busstation arriveren, ook al zou dat eigenlijk niet nodig moeten zijn.
Hoi Sander,
Wat heb ik genoten van je verslagen over al jullie avonturen de laatste week. Van zeer lachwekkend tot heel beangstigend aan de rand van de afgrond. Wat heb je toch een humor en durf om dit alles aan te gaan. graag geniet ik mee vanaf de zijlijn zodat dit stukje wereld ook een beetje hier binnenkomt via jou op een veilige manier! Elke keer verbaas ik me over al het geluk wat je hebt en hoe heel veel zaken zich uiteindelijk onder de primitieve omstandigheden toch weer oplossen. In onze westerse wereld zal een bus niet gauw meer stoppen als hij eenmaal aan zijn rit begonnen is maar daar is alles mogelijk. De motorrit spant dan ook wel de kroon. Heel komisch. Jammer dat daar geen foto´s van zijn. Bedankt voor alle moeite ons die indrukken mee te geven. Ik kijk al weer uit naar de volgende verslagen en ben weer heel blij dat alle avonturen goed zijn afgelopen. maar goed dat we alles achteraf door krijgen. Veel liefs,
Lia
Sander!
Wat een geweldige foto’s, verhalen en filmpjes! Echt wat een toffe dieren heb je tot nu toe allemaal al gezien (en gegeten :P) Lijkt me een hele ervaring die cavia. Vooral dat je ziet dat het nog een cavia is (trekt een vies gezicht nu (A))
Zal je van het weekend weer even een mailtje sturen!
xx
Kus 🙂
Hoi Sander,
Afgelopen zaterdag 20-10 op Animal Planet een prachtige film over de Andes: Wildest Latin America. Beelden van “jouw” en andere jungle-dieren, de condors, Machu Picchu; dankzij jou krijgt dit alles een bijzondere dimensie!
Liefs
Ineke