De nachtbus van Salto naar Montevideo komt om 05.30 uur aan op zijn bestemming. Het wat eerder dan gepland en ik moet Renee wakker maken om op tijd de bus te verlaten. We lagen net lekker te dromen toen ineens de lichten in het gangpad aangingen. Na een haastige inpakpartij verlaten we als laatste de bus en zitten we een aantal minuten later versuft in de busterminal op een blauwe plastic stoel. Het is zo vroeg op de dag dat we een paar uur moeten wachten voordat we een kamer in een hostel kunnen krijgen. Meestal kun je pas inchecken om twaalf uur smiddags en hier in de terminal is het fijner wachten dan buiten op straat tussen de zwervers in het park. In de tussentijd koop ik alvast een busticket naar onze volgende bestemming (Punta del Diablo) en kijken we rond voor een ontbijt. Om 08.00 uur houden we het echter niet meer uit in de busterminal en begeven we ons toch maar naar de bussen die richting het centrum van de stad rijden, op goed geluk om ergens te kunnen inchecken. Het hostel waar we even later inchecken is coulant en laat ons meteen op onze kamer, dat is een meevaller. Wel even genieten hoor, zo’n tweepersoons bed na al die dagen in ons veel te kleine tentje tussen de muggen en de mieren. En voor slechts 12 euro per persoon per nacht hebben we er een eigen badkamertje en balkonnetje bij. Het hostel waarin we slapen is erg gedateerd en muffig, maar we zijn dolblij met de ruimte en voorzieningen die er zijn. Die ochtend compenseren we onze redelijk slapeloze nachtrit in de oncomfortabele bus met een flinke siësta en kopen we een stevige brunch bij de supermarkt. Uruguay is qua prijsniveau vergelijkbaar met Argentinië, misschien net iets goedkoper. De prijzen zijn hier vergelijkbaar met Nederland, misschien net iets hoger. Met een budget van 20 euro per dag houd je het hier echt niet uit, of je moet in een kartonnen doos onder een brug slapen. Wij komen eerder uit op een bedrag van 30 tot 40 euro per dag, vooral omdat de busritten behoorlijk prijzig zijn.
Na ons middagdutje bezoeken we om 16.00 uur het centrum van de stad. Het centrum van Montevideo is kleinschalig en zeer goed beloopbaar vergeleken met andere steden. We zien veel prachtige koloniale gebouwen en de sfeer op straat is rustig en goed. Dat Uruguay bekend staat als één van de meest veilige landen van Zuid-Amerika kunnen we qua gevoel zeker beamen, op een paar zwervers na is er niets dat wijst op onveilige situaties. De stad lijkt qua grootte een beetje op het centrum van Amsterdam; veel statige laagbouw en verschillende pleinen met groen en winkels. Die middag is er een gratis rondleiding in het oude theater van de stad en we zijn precies op tijd om deel te nemen. Onder Spaanse begeleiding zien we de prachtige oude zaal, echt zo’n karakteristieke ruimte die je weleens in films ziet. De rode hoefijzervormige zaal bestaat uit een centrale hellende vloer met stoelen die wordt omringd door een muur van galerijen. De vele prachtige details en muur-en plafondschilderingen maken alleen de zaal al de moeite van een bezoekje waard, en dan is er nog niet eens een voorstelling te zien. Het theater lijkt wel op een nakomeling van het Marinski Theater in Sint-Petersburg; dezelfde formule en bijna net zo prachtig, maar net iets kleiner van schaal. Aansluitend bezoeken we het mausuleum van Jose Gervasio Artigas, de landsheld van Uruguay, en zien we het gebouw dat met zijn 26 verdiepingen ooit het hoogste van Latijns-Amerika was. Een prachtig staaltje architectuur, het heeft iets weg van een wolkenkrabber, maar ook van het Eftelinghotel. We besluiten de dag aan de kade, waar de zon net onder gaat. Vanuit het centrum van de stad is het slechts een paar blokken lopen voordat je aan de waterkant staat, één van de dingen die deze stad zo aangenaam maakt. Als je vanuit de stad een zijstraatje inkijkt zie je soms in de verte het eindeloze water, een klein gevoel van bevrijding in een dichte stad. Hier aan de kade geniet eenieder van de laatste zonnestralen, wellicht na een dag lang werken. Uruguayanen die Maté drinken, honden en kinderen die op een klein strandje spelen, vissende (sport?)vissers, een vertrekkend cruiseschip in de verte en een vogel die in de branding probeert zijn avondeten bij elkaar te sprokkelen. Een mooie besluiting van de dag, ook voor ons.
Onze tweede dag in Montevideo ziet er een beetje uit zoals de eerste, maar dan in een wat mildere vorm. Dit keer lopen we rustiger over de groene pleinen en hebben we meer tijd om bij alle marktkraampjes stil te blijven staan. Er worden hier veel dingen verkocht op straat, zoals Maté-spullen (beker, drinktuitje, kruidenmix), stenen (Uruguay staat bekend om zijn Amethyst) en oude hebbedingetjes zoals munten. In een poging om nog wat educatiefs te ondernemen in deze stad lopen we naar een museum over het wonen in de 17e eeuw, maar dat blijkt helaas gesloten. Plan B is het nationaal historisch museum, waar we vooral schilderijen en beelden van meneer Artegas zien. Qua musea zijn we dus (nog) niet echt onder de indruk hier in Uruguay, maar het kan natuurlijk ook niet allemaal even geweldig zijn. We lopen nog richting de haven, waar we een prachtige oude markthal zien die vol zit met moderne grillrestaurants. Het ruikt niet verkeerd, maar de prijzen zijn hoog en het toeristengehalte overstijgt mijn maximum. Snel maar weer richting de kade en de binnenstad dus, waarbij we onderweg nog een kunstexpositie bekijken in speciaal daarvoor geopende statige gebouwen. Eén daarvan is een enorm bankgebouw met zuilen voor de deur waar ik 20 keer in pas. Ook binnen is het genieten; de enorme centrale hal is minstens 20 meter hoog en bijna als een grote kathedraal zo adembenemend. Grappig hoe een omsloten lege ruimte iets indrukwekkends kan geven, terwijl het eigenlijk niets is. De kunst die we zien spreekt ons niet echt aan (iets te abstract) en we laten de expositie relatief snel achter ons (als het over ruimtevaart, bouwkunde of andere wetenschap was gegaan had ik hier natuurlijk met gemak een dagje doorgebracht). We lopen terug naar het centrum en naar ons hostel, Montevideo hebben we gezien; een lekker kleinschalige maar daarom niet minder sfeervolle en gezellige stad. Een van de beste steden van Zuid-Amerika als het om karakter en gemoedelijkheid gaat vind ik (op een gedeelde plaats met La Plata). Waar die 1,3 miljoen inwoners in godsnaam wonen is ons een raadsel, maar in het centrum in elk geval niet, daar is het aangename bedrijvigheid.